Om meer duurzame lokale opwek te kunnen realiseren is er ruimte nodig. Daarbij hebben gemeenten over het algemeen keuze uit twee opties: windturbines of grootschalige zonneparken.
Het vinden van een geschikte plek hiervoor is vaak een flinke uitdaging. Het mag niet te dicht bij natuur zijn maar ook niet naast een woonwijk. In veel gemeenten is er weerstand van bewoners tegen de aanleg van windmolens en in mindere mate tegen grootschalige zonneparken.
Om die reden worden er nu meer zonneparken gebouwd, alleen leveren die helaas minder energie op dan de windmolens; enkel stroom als de zon schijnt. Daarom is het belangrijk dat er ook ruimte gecreëerd wordt voor windmolens.
Lokaal draagvlak is noodzakelijk om meer lokale duurzame opwek te verwezenlijken. Om dit draagvlak te stimuleren is in het klimaatakkoord afgesproken te streven naar 50% lokaal eigendom van deze opwek.
Wanneer bewoners mede-eigenaar zijn van lokale bronnen (door bijvoorbeeld lid te worden van een energiecoöperatie), hebben zij inspraak in de locatie van de groene bron en delen zij mee in de opbrengsten.
Met een gemeente als voornaamste en betrouwbare klant hebben zij een gegarandeerde afname en dus stabiele inkomsten. Hiermee worden lokale kosten voor energie omgezet in lokale opbrengsten. Het geld van de bewoners blijft in de gemeenschap en kan vervolgens geïnvesteerd worden in meer lokale opwek.
Het netwerk moet deze opwek ook kunnen ‘verwerken’. Het stroomnetwerk in Nederland is ooit ontworpen om vanaf een klein aantal centrale punten elektriciteit af te leveren bij alle gebruikers maar nu komen daar veel lokale groene opwekpunten bij.
Wanneer lokale opwek van energie gekoppeld wordt aan lokaal gebruik wordt het netwerk efficiënt gebruikt omdat de afstand die de stroom moet afleggen klein is. Deze kleinere afstand betekent dat er ook minder energieverlies is door kabels die opwarmen als er stroom doorheen gaat.
De netbeheerders hebben in het kader van de RES geadviseerd de lokaal opgewekte stroom ook zoveel mogelijk lokaal te verbruiken om netcongestie te helpen voorkomen.
Lokaal groene energie opwekken en gebruiken is voor gemeenten de sleutel naar een lagere CO2-uitstoot. Hoewel dit eenvoudig klinkt, is de invulling hiervan in de praktijk behoorlijk ingewikkeld.
In dit whitepaper geven we je meer inzicht in hoe de RES te vertalen naar de praktijk en waarom lokaal groen inkopen resulteert in een win-win-win situatie.
Inkoop van energie was voor gemeenten vroeger vrij eenvoudig. De benodigde hoeveelheid stroom werd via een aanbesteding tegen de laagste prijs ingekocht. Om tegenwoordig te voldoen aan de RES-doelstellingen merken gemeenten dat ze bij deze traditionele aanpak in de praktijk tegen teveel belemmeringen aanlopen om echt naar eigen inzicht lokaal in te kopen.
Zo is er een Europese aanbesteding nodig die niet de vrijheden biedt om zelf te kiezen voor lokale bronnen. (Groene) bronnen worden vaak gekozen door de leverancier en is er geen inzicht in welke bronnen dit zijn. Daarnaast bieden deze langdurige contracten geen flexibiliteit. Mocht er bijvoorbeeld een lokale bron in de gemeente bijkomen kan deze niet zomaar worden toegevoegd in de huidige contractperiode.
.jpg?width=185&name=shutterstock_1728462352%20(1).jpg)
